De naam Wolphaartsdijk is vermoedelijk afgeleid Wolfaert.

strand banjaard

Wolphaartsdijk ontleent zijn naam waarschijnlijk aan ene Wolfaert.

Tot 1809 is Wolphaartsdijk een eiland, door de Schenge gescheiden van Zuid Beveland.

wolphaartsdijk
wolphaartsdijk

Oorspronkelijk waren er drie centra op het eiland Westkerke, Oud Sabbinge en Oostkerke. Westkerke verdwijnt in 1377 definitief onder water.

De naam Wolphaartsdijk gaat, na de inpoldering over op het dorp Oostkerke.

Wolphaartsdijk, een dorp in de gemeente Goes in de Nederlandse provincie Zeeland, heeft een rijke geschiedenis die teruggaat tot de middeleeuwen. Oorspronkelijk gelegen op een eiland, was het gebied omgeven door waterstromen zoals de Zuidvliet en de Zandkreek, en overleefde het grote overstromingen in 1287.

Het dorp heeft belangrijke historische gebeurtenissen doorstaan, waaronder de Sint-Clemensvloed in 1334 en de Allerheiligenvloed in 1570, die het landschap drastisch veranderden. Door de eeuwen heen heeft Wolphaartsdijk zich ontwikkeld, met de bouw van de Nicolauskerk na 1860 als een opmerkelijk voorbeeld van de lokale architectuur en gemeenschapsgeest.

De Allerheiligenvloed van 1570 was een van de meest verwoestende overstromingen in de Nederlandse geschiedenis, met een geschatte 20.000 doden en wijdverspreide vernietiging. Deze ramp vond plaats op een cruciaal moment tijdens de Tachtigjarige Oorlog, waardoor de belastinghervormingen van Alva mislukten en de onvrede onder de bevolking toenam. Het markeerde ook het ontstaan van het Verdronken Land van Saeftinghe en het verdwijnen van het eiland Bosch.

De watersnoodramp van 1953.

veerse meer

De watersnoodramp van februari 1953 is de basis geweest voor het ontstaan van het Veerse Meer (Vroeger het Veerse Gat). De zeewerende dijken bleken toen te zwak en te laag om een hevige noordwesterstorm te trotseren. Vele inwoners lieten het leven in het kolkende koude water en de ravage was onvoorstelbaar groot.

Om dergelijke rampen in de toekomst te voorkomen werd het Deltaplan opgesteld. De zeegaten die tot ver in het land doordrongen werden afgesloten met dammen.

Zo ook het getijdenwater dat bij Veere en Kats vrij naar binnen stroomden en zijn weg vond tussen de eilanden Noord-Beveland, Wolphaartsdijk en Walcheren.

Na de afsluiting in 1961 ontstond een binnenmeer. Nietzout en niet zoet maar ergens er tussenin; het werd brak water. Eigenlijk was een zoet meer gepland maar omdat de Oosterschelde uiteindelijk een zout (zij het gedempt) getijdenwater werd was een zoet Veerse Meer mogelijk.

Het Meer wordt enige malen per jaar ververst met zout Oosterschelde water en de omliggende polders lozen er zoet water in. Het waterpeil werd ook afgestemd op de landbouwafwatering van de omliggende polders. Daarom is het peil in de winter 70 cm lager dan in de zomer.

Dit is eigenlijk tegennatuurlijk want in de winter valt immers het meeste regenwater.